CRISISMANAGEMENT EN GEVOLGEN VOOR HET PERSONEEL

Een crisis werpt altijd meer licht op de werking van een organisatie. We willen dan ook graag het crisismanagement bij Defensie analyseren. Er zijn immers nogal wat problemen binnen de eenheden bij ons aangekaart, zowel collectief als individueel. Daarom een kleine stand van zaken.

Personeel: job well done!

Wie zich afvraagt wat Defensie de afgelopen weken heeft gedaan, willen we wijzen op het fantastische werk dat de militairen en burgers van Defensie andermaal hebben verricht. De medische component stond onder meer in voor het medisch vervoer van coronapatiënten en bovendien heeft het Brandwondencentrum patiënten van andere ziekenhuizen overgenomen om de druk op hun intensieve zorgdiensten te verlichten. Medisch materiaal, zoals beademingstoestellen en beschermende kledij, werd ter beschikking gesteld van niet-militaire ziekenhuizen en onze medische planners stelden hun expertise in dienst van de FOD Volksgezondheid. Momenteel biedt het personeel van de medische component zijn hulp aan 10 woonzorgcentra in het hele land.

Onze logistieke keten werd ingezet voor het herverpakken en verdelen van duizenden mondmaskers en ander medisch materiaal, en onze collega’s van de luchtmacht hebben tal van repatriëringsvluchten van Belgische en Europese burgers uitgevoerd en begeleid. Ondanks al deze extra taken zijn onze militairen ook Operation Vigilant & Spring Guardian (OVG-OSG) blijven uitvoeren door de straten van verschillende grote steden en gevoelige sites te beveiligen. En dan hebben we het nog niet over het personeel dat actief is in het buitenland en iedereen die al dan niet rechtstreeks aan de slag was en is in het kader van de coronacrisis.

Opnieuw hebben de personeelsleden van Defensie zich in tal van hulpacties onderscheiden met hun beschikbaarheid en inzet voor het land. Er was zelfs wat frustratie omdat men meer wilde doen, maar alleen de beleidsmakers kunnen op basis van formele aanvragen ons Departement inschakelen.  

Ondanks de inzet van het personeel heeft deze crisis ook min of meer bekende problemen blootgelegd op het vlak van personeelsbeheer, preventie en bescherming en de communicatiestromen binnen Defensie.

Twee maten, twee gewichten 

De start van het crisismanagement leidde tot grote verschillen tussen het personeel op het vlak van telewerk. Telewerk werd al goed toegepast binnen de hiërarchische lijn, maar was niet mogelijk voor heel wat vrijwilligers en onderofficieren zonder laptop of met een functie die thuiswerken moeilijk maakte. Hun aanwezigheid werd vaak geëist omdat ze ‘essentiële taken’ verrichten, een vaag begrip dat niet alleen de personeelsleden, maar ook de hiërarchische lijn en de korpschefs in verwarring heeft gebracht.

Hoewel VSOA-Defensie de overheid had gevraagd om de verlofdagen van 2019 te kunnen opnemen tot 31 december 2020, zoals al mogelijk is voor rest van het openbaar ambt, kondigen Defensie en het Directiecomité in een FAQ en via News@Defence aan dat het personeel de resterende verlofdagen van 2019 maar zal kunnen opnemen tot 6 weken na de lockdownmaatregelen. Bovendien werden er nieuwe ‘criteria’ toegevoegd voor de annulering van reeds goedgekeurde verlofdagen. Die aanvragen moeten namelijk worden voorgelegd aan de lokale overheid, die moest beslissen op basis van de ‘elementen waarover zij beschikt’. In de praktijk heeft dit geleid tot verschillen in behandeling tussen de eenheden, waardoor sommigen hun verlof konden annuleren om eventueel ingezet te worden, terwijl de annulering van anderen geweigerd werd. Met andere woorden: Defensie heeft zonder enig sociaal overleg TRAVARB-bepalingen toegevoegd onder het mom van hoogdringendheid.

Preventie en operaties

In deze volkomen nieuwe en kritieke situatie betreuren wij dat het welzijn van het personeel op de tweede plaats kwam. Zo werden nagenoeg alle vergaderingen over het welzijn van het personeel uitgesteld. Pas na drie weken en langdurig aandringen werd op 8 april 2020 een ‘informatievergadering’ georganiseerd via Skype.

Er was opnieuw verwarring en overlapping tussen de Algemene Directie H&WB en de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk (IDPBW) als adviseur van de werkgever en zijn vertegenwoordigers. Dit leidde ook tot problemen op het vlak van Risk Ownership, met andere woorden wie verantwoordelijk was voor de gelopen risico’s: de chef Defensie of de korpschefs. Aan de korpschefs wordt immers gevraagd om nagenoeg ‘alles’ op hun niveau te managen, terwijl de richtlijnen van de werkgever zouden moeten komen, namelijk de chef Defensie. Empowerment lijkt al op zijn grenzen te stoten.

Een rechtstreeks gevolg van de verwarring en de verschuiving van het verantwoordelijkheidsniveau is dat er problemen werden vastgesteld voor het welzijn van ons personeel op operationeel vlak. Zo waren er onvoldoende middelen voor de preventiemaatregelen (op het vlak van hygiëne) bij de eenheden en voor OVG-OSG, hoewel de federale politie hierbij nochtans wordt versterkt. Het personeel heeft meer dan drie weken moeten wachten op ontsmettende gel en andere beschermingsmiddelen.

Ondanks de voorzorgsmaatregelen werd een duidelijk geval van Covid-19 vastgesteld op het schip Leopold 1, waardoor alle personeelsleden in quarantaine moesten. We waren ronduit geschokt over de rampzalige organisatie van deze quarantaine. Er was geen beschikbare accommodatie voor het personeel, geen wasruimte (de militairen kregen het bevel hun ondergoed te wassen onder de douche!), er moest € 4 worden betaald voor maaltijden, verplicht beroep worden gedaan op Sodexo enz. Als Defensie prioriteit wil blijven geven aan de operaties, dan moet ze dat ook doen voor het personeel!

Sociaal overleg en syndicale verantwoordelijkheid

Binnen VSOA-Defensie hebben we altijd de voorkeur gegeven aan constructieve gesprekken en dialoog. Crisissen leggen echter altijd werkpunten en verbeteringsmogelijkheden bloot. Daarom betreuren we het gebrek aan communicatie van de overheid met de vakbondsorganisaties tijdens deze crisis. Er zijn beslissingen genomen over het arbeidsreglement zonder enig overleg en vooral zonder zelfs maar het basisrecht op informatie te respecteren, omdat de overheid het criterium van hoogdringendheid had ingeroepen. Zo vernamen we via de FAQ bepaalde beslissingen, terwijl niet ingegaan werd op onze interventies over diezelfde onderwerpen.

  

Tot slot is het belangrijk om plannen te maken voor de periode na de lockdown en de geleidelijke hervatting van de ‘normale’ activiteiten van Defensie, zonder compromissen voor de gezondheid van ons personeel. VSOA-Defensie zal hier dan ook strikt op toezien!



COVID-19 : BEROEPSZIEKTE